Beoordelingsmodellen in de TOA

Om het beoordelingsproces voor de toetsen voor de productieve vaardigheden schrijven, spreken en gesprekken voeren zoveel mogelijk te standaardiseren en automatiseren, hanteren we in de TOA twee beoordelingsmodellen: het diagnostische beoordelingsmodel en het rubricsbeoordelingsmodel. Met het diagnostische beoordelingsmodel beoordeel je én geef je feedback per vormaspect. Met het rubrics beoordelingsmodel kijk je als beoordelaar naar het geheel van alle vormaspecten binnen een vaardigheid.

In de TOA kun je als docent bij een toets zelf kiezen met welk model je wilt werken. De keuze voor een beoordelingsmodel hangt af van het doel van de toets. Een examen heeft altijd een rubrics beoordelingsmodel. Lees hier meer over bij keuze maken tussen diagnostisch en rubrics beoordelingsmodel. Wil je meer weten over de basisprincipes van de beoordelingsmodellen, ga dan naar inhoudelijke uitgangspunten beoordelingsmodellen.